zondag 1 februari 2009

Strand



De stilte om mij heen gaf me een rustig gevoel van binnen.De wereld was alleen voor mij.De voetstappen van niemand gaven de golven uit de zee de macht om het leven uit te wissen.
Het water op het nieuwe strand en het vroege zonlicht blinkend op het zilte zand.
Dit waren de aantrekkelijke natuurverschijnselen op deze vroege ochtend.
De meeuwen in de lucht, schreeuwend in hun duikende vlucht.
Zij verjoegen de huilende afnemende wind die nog met kracht het losse zand langs de duinenrij blies.De schildwachten van onze kust, die met fiere trots hun massieve lichamenmet blonde kruinen inzetten om ons menselijk leven te behoeden.
Ik leunde tegen de wind en wachtte.
De zee was nog tamelijk woest en had de vloedlijn afgelopen nacht tot vlak bij de eerste begroeiing gebracht.
Ik liep langs het zwarte spoor en speurde tussen de aangespoelde schelpen naar onbekende contouren die de zee had moeten prijs geven.
De schelpen die het zand herbergde en verzwaard waren ontkomen aan de verzwelgende lust van de immer hongerige zee.Ze lagen daar in rijen opgeworpen.
Als een komeet met een sliert zand dat op de wind was heroverd.Het witte schuim dat eens de voortrollende golvenvloed als eerste regiment stoottroepen vooraf was gegaan.
Een zwarte restant van een eend was ook in het donkere spoor blijven steken.
Zijn dood was door een stookolie product onnodig versneld.Zijn ogen waren door andere gevederde vrienden verwijderd.
Het beest kon zich als slachtoffer onmogelijk trots voelen tussen die verzande weekdieren.Het schone hout lag te wachten totdat de eerste strandjutters kwamen en met hun paarden en wagens de bruikbare planken wegsleepten.
Ik keek naar een deel van een kist waarop Chinese lettertekens stonden.
Ik vroeg me af waar die kist vandaan was gekomen en wat er zich in had bevonden.
Het enige leesbare was: Hongkong PG-S35 en die informatie was te gering om mij te beletten het verhaal van die kist zelf te verzinnen.

J.J.v.Verre 1976.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten