zondag 7 juni 2009

Branding.


Zonnestralen besprenkelden mijn natte gezicht nadat de golven krachtig tegen mijn lichaam beukten. Als standbeeld in de branding bleef ik staan, mijn armen horizontaal gestrekt als een kruis in het water. Mijn aangezicht gericht op de grote verwarmer die onbewolkt zijn kracht toonde. Ik sloot mijn ogen en proefde de tintelende sensatie van het zilte nat.

Een ogenblik van stilte in de luidheid van het aanrollende water. Het gevoel van leven, rijkdom, vakantie en gezondheid tilde mijn voeten omhoog en bracht mijn hoofd dichter bij het warme gevoel van natuurlijke liefde. Een rode gloed overspoelde mijn netvlies. Het weten van die zaken die belangrijk zijn, maar verstopt blijven in de droom van onze werkelijkheid.

De levensloop van water is de cyclische metafoor van het menselijk leven. De reinheid van een waterdruppel die zweeft in de machtige oceaan en door de zon wordt opgetild en door de wind weggeblazen in onbekende richting. Het water volgt de menselijke geest en de zandkorreltjes vormen de materie die het lichaam moet verleiden om aards te leven. De wind is de stroom van gedachten die de mens in beweging brengt en het nu in het tijdloze plaatst. Een terug trekkende onderstroom zuigt het zand onder mijn voeten weg en doet me denken aan de weergaloze honger die de zee heeft en zijn verzwelgende dorst.

Slachtoffers die niet konden zwemmen, schipbreuk leden of werden overspoeld door de agressieve kracht van het wassende water. De watersnood die was ontstaan doordat dijken doorbraken en het oprukkende leger van watermoleculen de landerijen overspoelde en de huizen onder water zette. De beelden van zo’n ramp toonden mensen op hun daken en dood drijvend vee tussen bootjes die hulp kwamen bieden.

De macht en kracht van de zee speelde met mijn geest en lichaam. Ik opende mijn ogen en zag een hoge golf aankomen. Deze golf moest mij naar het strand terugbrengen. Ik ging op mijn buik in het water liggen en zwom zo snel mogelijk in de richting van het strand om de almaar groeiende water rimpel voor te blijven. Het voelde als een strijd op leven en dood om niet te worden meegenomen. Maar ik werd ingehaald en met grote snelheid dreef ik mee. Ik voelde me zweven door het water als een dolfijn en voelde me een met de oceaan. Een met de zee van waterdeeltjes, een met de vissen en andere waterdieren. Mijn lichaam voelde als een speedboot, gekleurde lichtflitsen van verstrooide straling deden me denken aan een popconcert in de branding.

Een gevoel van ultieme vakantie bevolkte mijn hoofd. Water, strand en zon wat wil je nog meer? Kort na deze gelukkige gedachte werd ik hardhandig op het strand van Biarritz gesmeten. Ik had gesurft zonder plank en was even een stukje oceaan geweest.

J.J.v.Verre/juli 2007.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten