zondag 26 april 2009

Dromende wolken.


Wat spiegelt mijn gedachten daar hoog in de lucht?
Het grote beest dat zijn klauwen heeft uitgestoken en probeert om het schaapjes wolkje te verslinden. De reus met zijn grote laarzen.
Mijn kinderlijke fantasie slaat op hol als ik liggend op mijn rug naar de wolken staar. De wind vervormt de wolkenmassa tot herkenbare figuren.
De reus wordt uiteen gedreven en twee kabouters komen te voorschijn. De ene heeft duidelijk een vrouwenfiguur en de andere is nog niet te
determineren. Is het nu echt een objectief beeld dat ik waarneem, of is mijn waarneming een beeld van een creatieve gedachte?
Droom ik in wolken schimmen of zie ik dromende wolken?
Slapen dromende wolken? Slapen de dromende schaapjes?
De doorgebroken zon verblindt mijn waarneming.
Ik sluit heel even mijn ogen en zie de dromende schapen dansen in de groene weide, die in de wolken lucht is ontstaan.
Even later is de lucht verdwenen en lopen er meerdere dieren in de weide.
Bomen, een hek, nog meer bomen, een huis, het landschap verandert langzaam in een drukke stad met veel chaotisch aandoende bedrijvigheid.
Hoge gebouwen en geen zon meer. Het lijkt avond te zijn geworden.
Gehaaste mensen met regenjassen en paraplu's.
Ik probeer een taxi aan te roepen, want ik ben niet gekleed op slecht weer. Niemand schijnt mij op te merken,alsof ik een geest ben, die daar ronddwaalt.
Waar ben ik nu eigenlijk? Wat doe ik hier?
De stad komt mij nog niet bekend voor.
Zou ik hier in een hotel zitten? Of ben ik op doorreis?
Het begint nu harder te regenen en ik voel me wat klam en rillerig.
Ik open mijn ogen en de prachtige wolken zijn verdwenen, het is donker geworden en het regent. Mijn hemd is nat en mijn arm slaapt nog onder mijn hoofd. Ik sta op en denk: dromende wolken in mijn hoofd.

J.J.v.Verre/1980.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten